Een paar weken terug was ik voor mijn werk in Parijs. Ik zoek dan graag, als het weer het ook maar enigszins toelaat, een terrasje op. Ik zat net van nijn biertje te genieten (vijf euro voor een kwartliter!), toen twee redelijk bejaarde dames het tafeltje achter mij bezetten. Nederlandsen, zo bleek uit hun gesprek.
Dame A: "Hè hè, even uitpuffen, hoor."
Dame B: "Ja, ik ben blij dat ik die rode schoenen toch maar meegenomen heb. Met die zwarte houd ik dat geloop toch niet de hele dag vol."
A: "Wat zullen we nemen? (De ober komt inmiddels langs). Koffie maar?"
B: "Deux koffie sievoeplè."
Ober: "Deux café?"
B: "Wie!"
De koffie wordt gebracht.
A: "Nou, je krijgt een lepel erbij alsof je een kop soep krijgt, maar dat kopje lijkt wel een vingerhoedje."
B: "Als je er veel suiker indoet lijkt het wat meer."
A: "Ja, is ie niet bitter? Want dan krijg ik nog last van mijn maag!"
B: "Nee, dat valt mee. Weet je, ik vind zo'n klein kopje koffie eigenlijk net altijd een bonbon!"
Ik neem nog een biertje. Hoewel het me in de verste verten niet aan bonbons doet denken, smaakt het wel goed.
zondag 26 oktober 2008
maandag 20 oktober 2008
Vakantieleed
Zolang ik me kan herinneren gaat er wel iets mis tijdens onze vakantie.
In Italië zaten we een keer lekker buiten te eten, toen de hele goegemeente zijn bord oppakte en naar binnen vluchtte. Wij zagen hiervan (te laat) het nut pas in toen een zwarte wolk muggen op het terras neerstreek en ons als enige slachtoffers volledig lek stak. We hielpen de plaatselijke drogist in één keer van zijn hele voorraad muggenzalf af!
Later, toen ons zoontje voor het eerst mee ging (het ventje was net anderhalf), had hij in Zuid-Frankrijk opeens meer dan 40 graden koorts (antibiotica, een week binnen blijven). De jaren er na gingen we wat minder ver weg, naar de Belgische kust. Je bent dan, als er iets gebeurt, in een paar uurtjes weer thuis, was de gedachte. Onze dochter (een jaar of drie) raakte haar lievelingsknuffel kwijt en kreeg de bof. Ikzelf kreeg een ontsteking aan mijn voet en heb thuis nog een week met mijn been omhoog gelegen.
De volgende jaren kozen we toch maar weer voor Frankrijk. We kennen daar nu meer artsen dan in Nederland! Vooral onze zoon is de brekebeen van de familie. De ene keer loopt hij één of andere uitslag op (een zalfje, twee weken niet in het water), de andere keer schiet hij met een zakmes uit als hij een tak aan het bijpunten is (hand gehecht, verband eromheen, mag niet nat worden). Het ergste was toen hij in een achter ons huisje gelegen riviertje ging vissen en zijn voet openhaalde aan een scherpe steen. “C’est très profond”, zei de dokter. Dat klopte, want je kon het hele binnenwerk van zijn voet goed waarnemen. Gelukkig gebeurde het aan het begin van de vakantie, zodat hij twee weken de tijd had om van de hechtingen te herstellen (niet zwemmen, héél voorzichtig lopen op de bij de plaatselijke pharmacie gehuurde krukken).
Zelf ben ik een keer gestoken door een giftige grasbewoner, die ervoor zorgde dat mijn enkel binnen enkele uren drie keer zo dik werd. Een paardenmiddel (daar zijn ze in Frankrijk niet flauw in) maakte dat we op de geplande dag toch weer naar huis konden rijden.
Een paar jaar terug hebben we voor het eerst ook een ziekenhuis bezocht. Zoonlief had zijn hand gekneusd, omdat hij met volle vuist een boom had gebeukt (zijn vakantievriendin was door een andere vakantieparkgast overgenomen en daar was hij erg boos over). De hand werd heel dik en blauw, vandaar dat we een visite aan de plaatselijke arts raadzaam achtten. Die stuurde ons naar een slechts 40 kilometer verderop gelegen streekziekenhuis. De foto’s daar wezen uit dat de hand weliswaar niet gebroken, maar dat volstrekte rust toch geboden was (niet zwemmen, niet tennissen). Toen we weer naar huis gingen, was zijn fototoestelletje ook nog zoekgeraakt. Gelukkig hebben we de röntgenfoto’s uit het ziekenhuis nog. Zulke vakantiefoto’s heeft niemand.
In Italië zaten we een keer lekker buiten te eten, toen de hele goegemeente zijn bord oppakte en naar binnen vluchtte. Wij zagen hiervan (te laat) het nut pas in toen een zwarte wolk muggen op het terras neerstreek en ons als enige slachtoffers volledig lek stak. We hielpen de plaatselijke drogist in één keer van zijn hele voorraad muggenzalf af!
Later, toen ons zoontje voor het eerst mee ging (het ventje was net anderhalf), had hij in Zuid-Frankrijk opeens meer dan 40 graden koorts (antibiotica, een week binnen blijven). De jaren er na gingen we wat minder ver weg, naar de Belgische kust. Je bent dan, als er iets gebeurt, in een paar uurtjes weer thuis, was de gedachte. Onze dochter (een jaar of drie) raakte haar lievelingsknuffel kwijt en kreeg de bof. Ikzelf kreeg een ontsteking aan mijn voet en heb thuis nog een week met mijn been omhoog gelegen.
De volgende jaren kozen we toch maar weer voor Frankrijk. We kennen daar nu meer artsen dan in Nederland! Vooral onze zoon is de brekebeen van de familie. De ene keer loopt hij één of andere uitslag op (een zalfje, twee weken niet in het water), de andere keer schiet hij met een zakmes uit als hij een tak aan het bijpunten is (hand gehecht, verband eromheen, mag niet nat worden). Het ergste was toen hij in een achter ons huisje gelegen riviertje ging vissen en zijn voet openhaalde aan een scherpe steen. “C’est très profond”, zei de dokter. Dat klopte, want je kon het hele binnenwerk van zijn voet goed waarnemen. Gelukkig gebeurde het aan het begin van de vakantie, zodat hij twee weken de tijd had om van de hechtingen te herstellen (niet zwemmen, héél voorzichtig lopen op de bij de plaatselijke pharmacie gehuurde krukken).
Zelf ben ik een keer gestoken door een giftige grasbewoner, die ervoor zorgde dat mijn enkel binnen enkele uren drie keer zo dik werd. Een paardenmiddel (daar zijn ze in Frankrijk niet flauw in) maakte dat we op de geplande dag toch weer naar huis konden rijden.
Een paar jaar terug hebben we voor het eerst ook een ziekenhuis bezocht. Zoonlief had zijn hand gekneusd, omdat hij met volle vuist een boom had gebeukt (zijn vakantievriendin was door een andere vakantieparkgast overgenomen en daar was hij erg boos over). De hand werd heel dik en blauw, vandaar dat we een visite aan de plaatselijke arts raadzaam achtten. Die stuurde ons naar een slechts 40 kilometer verderop gelegen streekziekenhuis. De foto’s daar wezen uit dat de hand weliswaar niet gebroken, maar dat volstrekte rust toch geboden was (niet zwemmen, niet tennissen). Toen we weer naar huis gingen, was zijn fototoestelletje ook nog zoekgeraakt. Gelukkig hebben we de röntgenfoto’s uit het ziekenhuis nog. Zulke vakantiefoto’s heeft niemand.
dinsdag 7 oktober 2008
Sterrenbeeld
Ik heb niks met horoscopen. Ik weet nauwelijks wat mijn eigen sterrenbeeld is. Maar sinds kort is mijn interesse gewekt, want in Engeland hebben ze onderzocht hoe de verschillende gesternten zich in het verkeer gedragen. Kijk, daar hebben we nou eens wat aan, aan zo'n onderzoek.
Schorpioenen blijken veilige chauffeurs: ze veroorzaken de minste schade. En Stieren moet je onderweg mijden, die zijn het vaakst bij ongevallen betrokken. Een Maagd levert weer het hoogste schadebedrag per aanrijding op. Waarom staat er niet bij, maar bij die Maagd kan ik wel iets bedenken. Al diens kreukelzones zijn nog intact natuurlijk, dus dan komt de klap extra hard aan.
Over de andere sterrenbeelden staat niets vermeld, maar met enige fantasie kun je wel verzinnen hoe die er voor staan in het verkeer. De Ram kan gevoeglijk over één kam geschoren worden met de Stier qua onbesuisdheid. Vissen en Watermannen zijn echte regenrijders. En als ik iemand tegenkom die een wat halfslachtig gedrag vertoont, omdat hij niet weet of hij nu rechtdoor, dan wel rechtsaf zal gaan, dan vermoed ik een Tweeling achter het stuur. De Weegschaal daarentegen heeft ongetwijfeld een uitgebalanceerde rijstijl. Het verbaast me dan ook dat die niet als veiligste verkeersdeelnemer uit het onderzoek naar voren komt. De Leeuw is de enige die ronduit voor zijn sterrenbeeld durft uit te komen: die rijdt natuurlijk Peugeot. Steenbokken bezitten stoere terreinauto's of crossen door de bergen op een mountainbike. Iemand die in een file veelvuldig van rijstrook wisselt moet een Kreeft zijn; die diersoort verplaatst zich immers zijdelings. En de Boogschutter is bij machte zijn voertuig in het kleinste gaatje te parkeren.
Toch mis ik in de Westerse horoscopen nog een teken dat veel weggebruikers, gezien hun verkeersgedrag, niet zou misstaan. De Chinezen kennen dat wel. Namelijk dat van het Varken.
Schorpioenen blijken veilige chauffeurs: ze veroorzaken de minste schade. En Stieren moet je onderweg mijden, die zijn het vaakst bij ongevallen betrokken. Een Maagd levert weer het hoogste schadebedrag per aanrijding op. Waarom staat er niet bij, maar bij die Maagd kan ik wel iets bedenken. Al diens kreukelzones zijn nog intact natuurlijk, dus dan komt de klap extra hard aan.
Over de andere sterrenbeelden staat niets vermeld, maar met enige fantasie kun je wel verzinnen hoe die er voor staan in het verkeer. De Ram kan gevoeglijk over één kam geschoren worden met de Stier qua onbesuisdheid. Vissen en Watermannen zijn echte regenrijders. En als ik iemand tegenkom die een wat halfslachtig gedrag vertoont, omdat hij niet weet of hij nu rechtdoor, dan wel rechtsaf zal gaan, dan vermoed ik een Tweeling achter het stuur. De Weegschaal daarentegen heeft ongetwijfeld een uitgebalanceerde rijstijl. Het verbaast me dan ook dat die niet als veiligste verkeersdeelnemer uit het onderzoek naar voren komt. De Leeuw is de enige die ronduit voor zijn sterrenbeeld durft uit te komen: die rijdt natuurlijk Peugeot. Steenbokken bezitten stoere terreinauto's of crossen door de bergen op een mountainbike. Iemand die in een file veelvuldig van rijstrook wisselt moet een Kreeft zijn; die diersoort verplaatst zich immers zijdelings. En de Boogschutter is bij machte zijn voertuig in het kleinste gaatje te parkeren.
Toch mis ik in de Westerse horoscopen nog een teken dat veel weggebruikers, gezien hun verkeersgedrag, niet zou misstaan. De Chinezen kennen dat wel. Namelijk dat van het Varken.
Abonneren op:
Posts (Atom)